Inleiding tot 3D in de praktijk: Licht en schaduw

De lucht om ons heen is gevuld met onzichtbare elektromagnetische golven. Wanneer u bijvoorbeeld een radio met antenne hebt, dan zorgen elektromagnetische golven dat u het radiosignaal ontvangt. Ook wanneer u de warmte van een kachel voelt, is er sprake van elektromagnetische golven. Een aantal van deze golven is verantwoordelijk voor het feit dat de mens licht en kleur kan zien, dit zijn de zogenoemde lichtgolven. Elke golf beslaat een bepaald gebied, waardoor er een onderverdeling ontstaat dat men het elektromagnetisch spectrum noemt. De lichtgolven beslaan een klein deel van dit spectrum en vormen tezamen het kleurenspectrum. Een lichtgolf ontstaat door een bepaalde trilling. Zo trilt de kleur rood met een golflengte van 650 nm (nanometer), terwijl groen het moet doen met 500 nm.
Onderstaande figuur toont het elektromagnetische spectrum. Het deel dat zichtbaar is voor de mens begint bij ongeveer 800 nm, en eindigt rond de 400 nm.

Zelf experimenteren met lichtgolven

Om de kleuren van de lichtgolven van het zonlicht zichtbaar te maken, is een simpel trucje bedacht. Vul een glas met water en plaats daar een klein spiegeltje in. Zorg dat het spiegeltje schuin in het water staat. Draai het glas naar de zon, zodat het zonlicht door het glas en het water op de spiegel valt. Houd nu een vel (wit) papier voor het glas en draai het vel voorzichtig langs het glas totdat de gereflecteerde kleuren zichtbaar worden op het papier. Als het goed is worden er zeven unieke kleuren zichtbaar: alle kleuren van de regenboog.

De 3D-lichtbron

Als u aan de slag gaat met 3D-software, dan is een van de belangrijkste onderdelen de lichtbron. U moet de software namelijk vertellen wat voor soort licht u wilt gebruiken en waar u de lichtbron(nen) wilt positioneren in uw 3D-wereld. Als u geen lichtbron plaatst, dan zal uw wereld pikzwart blijven en ziet u dus helemaal niets. Vaak hebt u de keuze uit meerdere soorten lichtbronnen, of een combinatie van verschillende soorten lichtbronnen. Een veel voorkomende soort verlichting is de achtergrondverlichting wat men ook wel ambient of global light noemt. Deze vorm van verlichting is een speciale vorm van verlichting, omdat het licht ‘overal’ even sterk aanwezig is. In ons voorbeeld gebruiken we een spot light om de tafel van licht te voorzien. In de bovenste afbeelding is ook te zien dat het glas een schaduw werpt op het tafelblad. Een schaduw is een plaats waar geen licht, of waar minder licht, op valt. Schaduwen zorgen voor meer realisme, omdat het een dieptewerking geeft.